Knikkers en doosjes
Stel je voor: Voor je staan drie doosjes die ieder van een etiket zijn voorzien met achtereenvolgens het opschrift ZZ, WW en ZW, hetgeen niet meer wil zeggen dan dat het eerste doosje twee zwarte knikkers, het tweede doosje twee witte en het derde doosje één zwarte en é´n witte knikker bevat, Dat was althans de bedoeling, maar iemand is zo verstrooid geweest de etiketten te verwisselen, waardoor de opschriften niet meer met de inhoud van de doosjes overeenstemmen. Om erachter te komen wat in welk doosje zit mag je, zonder in de doosjes te kijken, na elkaar uit ieder doosje één knikker nemen. Bij de hoeveelste knikker weet je hoe het zit?
Oplossing
Als je één maal een knikker neemt uit het doosje waarop ZW staat, dan weet je welke knikkers waar zitten! Het doosje ZW kan 2 witte of 2 zwarte knikkers bevatten (een zwarte en een witte kan niet want dan zou het etiket niet verwisseld zijn). Als je een witte knikker uit het doosje met ZW trekt, dan moeten er dus wel 2 witte knikkers in zitten - en het doosje met ZZ moet dan een witte en een zwarte bevatten (2 zwarte kan niet want dan zou het etiket niet verwisseld zijn) waardoor voor het doosje met WW 2 zwarte knikkers overblijven. Als je een zwarte knikker uit het doosje met ZW trekt, dan moeten er dus wel 2 zwarte knikkers in zitten - en het doosje met WW moet dan een witte en een zwarte bevatten (2 witte kan niet want dan zou het etiket niet verwisseld zijn) waardoor voor het doosje met ZZ 2 witte knikkers overblijven.