Vingerenmats

Alle spelers zitten rond de tafel met hun handen op tafel. Eén persoon heeft de knuppel vast (van papier, of een rubberen, geen serieuze honkbalknuppel). De knuppelaar knuppelt graag op handen.

Rechts naast deze persoon zit iemand die een object (luciferdoosje of zo) omhoog gooit, zodanig dat deze op de tafel valt en iedereen kan zien of deze op de goede of op de verkeerde kant valt. Spreek tevoren af wat de goede en verkeerde kant is.

Valt het object op de verkeerde kant, dan mag de knuppelaar op handen knuppelen totdat het object van de tafel is. Natuurlijk mogen de spelers hun handen wegtrekken want geknuppeld worden is niet fijn.

Maar, als het object op de goede kant valt dan mag de knuppelaar niet knuppelen. Maar, de spelers mogen ook hun handen niet wegtrekken. Doen ze dit wel, dan mag de knuppelaar een keer vrij slaan op beiden handen van die speler.

Na elke worp worden zowel het object als de knuppel naar rechts doorgegeven zodat iedereen aan de beurt komt.

Gebruikte bron

WEK-spelen op Spelarchief Sint Jozef, op 5 februari 2020