Iedereen stelt zich voor door zijn naam te noemen tegelijk met een kwalificatie en een gebaar. De kwalificatie moet bij de naam passen, zoals bijvoorbeeld met dezelfde letter beginnen (aliteratie). Een voorbeeld: Stephan steekt zijn rechterarm met gebalde vuist vooruit (net als Superman) en roept ‘Super Stephan!. De hele groep antwoordt dan met “Hallo Super Stephan” waarbij de hele groep ook het gebaar nadoet.