De begeleider fluistert zijn buurman een zin in het oor. Mag in principe maar één keer! Die fluistert wat hij ervan begrepen heeft door aan de volgende. De laatste zegt hardop wat er van de zin over is gebleven. Lijkt vaak nergens meer op!
Een kort tekstje met daarin namen en details worden fluisterend - maar wel duidelijk - doorgegeven van speler naar speler. Het korte tekstje moet wel dermate lang zijn dat het vrijwel onmogelijk is om de tekst letterlijk te citeren naar de volgende speler: de speler zal gedwongen zijn om het gehoorde in eigen woorden door te vertellen.